Langs de op- en afrit van de A31 ter hoogte van Franeker en Dronrijp is een aanzienlijk deel van de bomen in de bermbegroeiing de laatste jaren omgewaaid. Rijkswaterstaat, de organisatie verantwoordelijk voor het beheer en onderhoud van deze infrastructuur, heeft een beleid waarbij de natuur zoveel mogelijk haar eigen gang kan gaan.
Dit beleid houdt in dat er momenteel geen directe actie wordt ondernomen om de omgevallen bomen in de bermbegroeiing te verwijderen, ondanks dat het aanzicht niet heel fraai is. Rijkswaterstaat plant na het broedseizoen een inspectie van het gebied. Op basis van deze inspectie zal worden bepaald of en waar er gesnoeid of opgeruimd moet worden. Het broedseizoen is een periode waarin veel vogelsoorten nestelen en beschermd zijn.
In het verleden is gebleken dat bij stormen regelmatig bomen vanuit de berm op de op- en afritten terechtkomen. Dit leidt tot verkeershinder en vereist de inzet van de brandweer. Volgens Rijkswaterstaat is de brandweer niet de partij die hierbij in actie zou moeten komen. Als er een melding binnenkomt bij de alarmcentrale bij dergelijke incidenten, behoort Rijkswaterstaat te worden gealarmeerd. Rijkswaterstaat beschikt over een calamiteitendienst die geactiveerd wordt in geval van acute situaties, zoals omgevallen bomen die direct een gevaar vormen voor de verkeersveiligheid. Deze dienst is verantwoordelijk voor het snel en adequaat opruimen van obstakels. Hierover hebben ook gesprekken plaats gevonden meld de meldkamer, aldus woordvoerder Rijkswaterstaat.
Archief foto van bomen die waren omgevallen tijdens een storm bij de oprit van Dronrijp naar Leeuwarden.
