Jaarlijks verdwijnt in Nederland zo’n 140 miljoen kilo textiel in de vuilnisbak, en wordt verbrand. Dat is zonde want 65% van dit textiel is nog draagbaar als kleding of herbruikbaar als grondstof voor nieuw textiel. Tot voor kort werd alleen schone en bruikbare kleding geaccepteerd door de textielinzamelaars, dankzij nieuwe recyclingmethoden mag nu veel meer in de textielcontainer. Om deze reden is landelijk afgesproken dat je je alle textiel apart inlevert, ook als het versleten of kapot is. Gescheiden inleveren van kleding, schoenen, huishoud- en woontextiel en ook knuffels is goed voor het milieu.
Alle textiel mag erin, behalve als het sterk vervuild of nat is
Je kunt oud textiel in een textielcontainer doen, meegeven in een zak met huis-aan-huis inzamelacties of afgeven bij de milieustraat. Kijk voor inzamelacties, adressen en openingstijden van de milieustraat in de gemeentegids. Alle textiel moet in een gesloten plastic zak worden aangeboden ter bescherming tegen vocht en vuil. Ook schoenen kun je aanbieden door deze per paar aan elkaar te binden en mee te geven.
Het gescheiden in te leveren textiel bestaat uit:
kleding en schoenen (draagbaar en niet-draagbaar),
vodden, lappen en textielresten (textiel hoeft dus niet heel te zijn),
huishoudelijk textiel, zoals
– handdoeken en theedoeken,
– lakens,
– dekens,
– kussenhoezen,
– gordijnen, dekbedden, kussens, zachte knuffels, kledingaccessoires: tassen en riemen.
Wat mag er niet in:
natte en/of besmeurde kleding en textiel,
tapijt en vloerbedekking,
hard speelgoed.
Wat gebeurt er mee:
Al het ingezamelde textiel wordt in sorteercentra uitgesorteerd door o.a. mensen met afstand tot de arbeidsmarkt. Het herbruikbare materiaal wordt o.a. in de kringloopwinkels verkocht; niet-herbruikbaar materiaal wordt vervezeld, hier worden bijvoorbeeld weer verhuisdekens en isolatiematerialen van gemaakt.
